Terug naar alle voorbeelden

Peter Booman, WUR: “We zijn nu al vrijwel klimaatneutraal”

De WUR heeft natuurlijk qua duurzaamheid een reputatie hoog te houden, als groene universiteit. En wat betreft Peter Booman, directeur facilitair bedrijf, is dat geen enkel probleem. “Bij alles wat we doen, is duurzaamheid een belangrijke afweging.”

Het streven van de gemeente Wageningen om in 2030 klimaatneutraal te zijn, geldt ook voor de WUR zelf, vertelt Booman. “Dat redden we makkelijk! In 2015 waren we al CO2-neutraal, onder andere door onze windmolens in Flevoland. In 2016 zaten we op 80% door tegenvallende wind, maar dit jaar hopen we weer op neutraal uit te komen.”

Energiezuinige, ruimtebesparende gebouwen

Voor energie hanteert de WUR de bekende drietrapsraket: besparen, afbouwen van aardgas en duurzaam opwekken. “Op het gebied van energiebesparen scheelt het natuurlijk dat we oude, energieslurpende gebouwen afstoten, en er nieuwe energiezuinige gebouwen voor neerzetten. Bovendien worden die nieuwe gebouwen veel efficiënter gebruikt, waardoor we met 30% minder vierkante meters toekunnen. Niet meer al die losse gebouwen met elk hun eigen practicumzaal en collegezaal, die een groot deel van de tijd leegstaan. In Forum en Orion worden alle zalen intensief gebruikt.”

Ook qua vriesruimte wordt het efficiënter geregeld. “Voorheen had elk lab zijn eigen vrieskist van -80 oC, die natuurlijk enorm veel energie gebruikte. Nu concentreren we die tot vrieseilanden in één goedgeïsoleerde centrale ruimte. Ledverlichting is uiteraard standaard bij nieuwbouw, en bij renovatie van oude gebouwen vervangen we ook alle lampen door led.”

Warmte-koudeopslag

Aardgas bouwt de WUR geleidelijk af. “We gaan ervan uit dat dit in 10 tot 15 jaar grotendeels gelukt is. Ook hier geldt dat nieuwbouw niet meer  aangesloten wordt op gas, en dat voor ketels die aan vervanging toe zijn geen gasketel meer in de plaats komt.” Veel gebouwen op de campus gebruiken warmte-koudeopslag (WKO), waarbij buizen in de betonnen vloeren en muren warmte of koeling uit de WKO overbrengen naar het gebouw (betonkernactivering).

Wat er dan nog aan energie nodig is, wordt dus duurzaam opgewekt. “We hebben drie windmolenparken in Flevoland, die meer elektriciteit leveren dan we nodig hebben. Ook hebben we steeds meer zonnepanelen op onze gebouwen. Zo ligt bijvoorbeeld de sporthal vol met panelen, en onderzoeken we de mogelijkheden voor een zonneweide. De stroom die we nog van het net gebruiken is uiteraard groen.”

Topscorer

Booman is dan ook trots dat ze goed scoren op duurzaamheidsgebied. Zo won de WUR al vijf jaar op rij de Sustainabul, duurzaamheidsprijs voor het hoger onderwijs. Maar ook in de landelijke Transparantie Benchmark voor grote bedrijven scoort de WUR  hoog. In de Green Metric, een vergelijking van universiteiten wereldwijd,  staat de WUR zelfs al twee jaar op rij op nummer één.

Dat gaat overigens niet alleen over energie, maar ook onder andere over duurzame catering, schoonmaak en afvalverwerking. “Voor catering en schoonmaak zorgen we dat duurzaamheid in het eisenpakket voor de aanbestedingen zit. Afval scheiden we zo veel mogelijk aan de bron. Het valt mensen wel eens op dat er buiten weinig afvalbakken staan, maar we willen gewoon dat iedereen het mee naar binnen neemt en gescheiden in de bakken gooit. Dat werkt prima.”

Die hoge score in de benchmarks is een logisch gevolg van de werkwijze in de bedrijfsvoering van de WUR, vindt Booman. “Bij alles wat we doen, denken we vanuit duurzaamheid. We zijn er gewoon voortdurend mee bezig.”

Foto bovenaan pagina: Peter Booman, directeur facilitair bedrijf Wageningen University & Research op het dak van sportcentrum de Bongerd: “Wat we nog aan energie nodig hebben, wekken we duurzaam op”. © Guy Ackermans